31. dec, 2012

Syl gaat naar de kerk

De klinkers zijn nat en schijnen rood licht. De avond valt en niemand die zich buiten waagt. Een engels stelletje maakt ruzie op de brug. De patatzaak op de oudezijds schijnt geel en fietsers bellen hard, schijnbaar zonder reden. De kroegen zijn meer dan goed gevuld, warm en broeierig. Voornamelijk de toeristen op straat, met vrolijk gekleurde mutsen met of zonder kwastjes, hoeden, petjes deels mokkend echter een enkeling lacht. De dames achter de ramen zijn mooi bloot, lonken en geven zoentjes in de lucht. De kandizie is schaars vandaag. Het weer zit zeker niet mee.

 

Als een natte dweil loop ik snel naar binnen en wandel over de grafstenen. Ik blijf staan in het midden. Ik zucht diep en laat alles even rustig op me inwerken. Houten gewelven deels in restauratie. Ik sta wiebelig en richt mij op de steen onder mij. Een bewerkte steen met symbolen. Kijkend naar de vloer met platen deels genummerd en deels voorzien van vormen of tekst. Ik sta op geschiedenis, de laaste rustplaats van vele Amsterdammers. Het oudste gebouw van de stad ooit gewijd aan Sint Nicolaas en gebouwd op de oeverwallen van klei. Ik kijk weer omhoog naar de vlammetjes die dansen op de kaarsjes van de gouden kroonluchters. Heel ritmisch, heel erg rustgevend. Ik kom tot rust en ben klaar voor een rondje kunst.

 

De kleuren overvallen. Ik herken meteen Jan van Well mooi uitgehangen op wit, maar die bewaar ik graag voor later. Ik stort mij op een overvloed aan kleur en vorm. Ik wordt langzaam weer druk van binnen. De druk bouwt op al gaande weg de rit. Ik word begeleid door prachtige kerkkoormuziek. Ik snuif alles op en waan me in de hemel. De vrolijk beelden prenten mooie herinneringen op mijn netvlies, sommige zetten aan tot denken. Langzaamaan ben ik niet meer op deze aarde en mijn gedachten gaan als een razende tekeer.

 

Eenmaal uitgekeken en weer geland loop ik op Jan af. We kletsen wat en zijn prachtige vriendin komt erbij. Onze voeten zijn bevroren. De grafstenen geven geen warmte en ik voel elke vezel in mijn lijf langzaam door de kou bevangen. De hartelijke lieve mensen die ik ontmoet maken me warm van binnen. Dat houd me op de been. Daar komt de Champagne binnen. Bubbels in de Oude Kerk geserveerd. De tafel zo mooi gedekt vlak voor het orgel. Ik denk er nog lang over na. Wat een bijzondere ontmoetingsplek. De nieuwe huiskamer van Amsterdam gezeteld midden op de wallen.

 

1 December 2012 De oude kerk op de wallen

Zie ook extra colum info voor de fotos.