30. dec, 2012

Syl heeft een dag vrij

Vandaag ben ik vrij. Voor mij is dat een dag zonder verplichtingen, laat staan een doel. Op deze prachtige vroege ochtend is het Loyd Hotel het beginpunt van de reis te voet. De Tsaar Peterstraat vlot onwijkend gaat de wandeling door de onbekende Blankenstraat, rechts prachtig gerenoveerd en links de oude panden verpauperd en flets. Het contrast is eerlijk gezegd aandoenlijk, doet me denken aan krakers versus juppen, onderwijl een knik en hallo van een passant. De route gaat over de brug en langs de brouwerij ’t IJ, even oversteken en via een stukje Dappermarkt door naar de Oosterpark buurt. Niet langs het park zelf, dat ken ik nu wel maar door de 3de Oosterparkstraat. Best wel oke buurtje. Hee! cafe Maxwell op de hoek, ken ik nog van pubkwissen en de zusjes Elsa’s en Quatfass waar je zalig kunt eten en live jazz op Zondag. Dan door langs het OLVG mij welbekend, op naar de brug en richting de Ceintuurbaan. Daar waar de koffie geurt in cafe Sarphati strijk ik neer.

 

Ik kijk en luister, rustig slurpend aan de verse mint thee. Volle bak zo tegen de lunch. De jonge dames achter mij zijn driftig in gesprek. Luchtig en soms zwaar aangezet wordt ik deel van wat de twee bezig houdt. Niks spannends zogezegd. De flarden nikserige tekst waaieren door de ruimte echter de hoestende dame maakt me gek. Ze houd maar niet op. Ik stik er bijna zelf in. Snakkend naar adem loop ik de buitenlucht weer in. Ik neem een volle teug. Heerlijk, dat lucht op.

 

Onopvallend en geruisloos loop in verder op zoek naar gebeurtenissen, indirekt, de doelloze dag wel in ere houdend. 2 fanatieke huskies, 1 slome chow chow en een overbehaarde doorgezakte teckel verder, loop ik via de Albert Cuyp en de nieuwe Spiegelstraat richting Spui waar ik cafe Zwart in kijk. Allemaal studentendames wie had dat gedacht. De barman strak in gladgestreken schort zo mooi. Ik vervolg mijn weg naar de negen straatjes en bij straatje nummer 3 loop ik de Doffer binnen voor de lunch. Spontaan en zonder verder na te denken. Ik zit aan de leestafel, een lekkere plek en lees wat in de rondte. De salade eendeborst besteld bestudeer ik de barman en zijn alledaagse barhandelingen.

 

Dan komt het stel, wat even later geen stel blijkt te zijn, met een soort van snuffelhondje langharig stofzuigermodel, voor mij merk onbekend, met een hoop bombarie binnen. Zij heeft het gemunt op de leestafel bij gebrek aan beter. De vraag is snel gesteld: “Mogen we aanschuiven, lijkt ons gezellig zo een beetje reuring?”. Met haar trouwe hondeogen, beetje flets maar whow wel een karakterje dat zie je zo, zeg ik geen nee natuurlijk. De bijzonder spraakzame edoch zieke dame blijkt later, vleit al hoestend haar hoofd op de tafel en besteld binnensmonds een thee en de relaxt ogende lieve beer met pet, gaat aan de koffie met zoetjes. Dat dan wel weer. Zij leest de koppen voor uit de krant. Wij luisteren mee. Dan plots de opmerking waar ikzelf nog op heb gewacht. Prins Friso, ja zij hebben het nieuws gehoord om 12.00 uur op tv , is maar liefst 50 minuten gereanimeerd. Dus conclusie kasplantje of veganist of zo. Ik slik, ben even niet thuis ik had et nog niet gehoord. Ze babbelt al kabbelend door. Bij mij komt de mededeling zo onverwacht en een beetje raar binnen. 3 krantenkoppen is ze al verder als ik haar weer hoor. “Hij is 2 hoog uit het raam gevallen, zegt niet veel meer, Van de 2de vallen is toch niet zo hoog? ”. Ze is verbaasd leest verder en driftig hoestend voorziet ze ons van commentaar. Even is het stil en dan spreekt de beer met pet haar toe: “Jij kan uit een vliegtuig vallen en eenmaal op de grond zul je nog mopperen en schelden op het cabinepersoneel, maakt niet uit hoe hoog et is als jij valt weten we allemaal dat jij het was.” Ze lacht een beetje zielig blaffend en gooit nog wat dingetjes in de groep, zwakt af en haar hoofd valt weer op tafel. We groeten en ik wens haar beterschap. Hij wenst mij een fijne dag. Ik loop verder en krijg de lach niet van mijn toet. Dit was een klein schilderijtje als cadeautje vandaag.

 

Nu, mijn doelloze dag is nog niet ten einde. Het is lekker om niets te doen besluit ik. Ik loop onopvallend, geruisloos onzichtbaar te zijn, midden in de drukke stad. Ik strijk neer bij ’t Schuim op de Spuitstraat met lekker veel drukke kunst op de muur. Waarom daar? “Omdat ze een beetje anders zijn daarom”. Maar er zit nog niet echt iemand. Ik bestel een wijn en betaal meteen. Jaha het is tenslotte Vrijdag en na zo’n doelloze dag mag je best even zoals elke vrijdag je stamkroeg aandoen, toch? “Potjand... ga je nu al weg? Op 1 wijntje?” Ik lach naar de kersvers gewisselde bardame voorzien van prachige rode lippenstift. “Ja, ik ga naar m’n stamkroegje die is pas om 4 uur open.” Ze lacht terug en vraagt nieuwsgierig: “welke? “De Klets op de Zeedijk”, zeg ik nonchalant. Ze lacht hartelijk en meldt mij dat het heel oke is daar. Ik straal nu wel zo’n beetje. Mijn doelloze dag is ten einde. Ik heb genoten, vollop. Er gaat niks boven niks doen op zijn tijd.

 

23 Februari 2012