4. jan, 2014

Weer een grijze dag in mei

Grijs domineert de afgelopen weken, zo ook vandaag. Alle grijstinten hebben mijn netvlies bereikt, werkelijk alle varianten. Erg? Ja, heel erg is dat. Ik hou namelijk niet van grijs als overheersende factor. Grijze luchten leveren grijze muizen en stukken chagrijn die langs lopen. Niemand lacht. Ter compensatie zoek ik een vrolijke noot maar waar te beginnen? Gelukkig zijn de koffie en krant geduldig. Ik lees het Parool, alle bijlages en de Echo editie Oost. Ik lees het stukje met Jasper Krabbé, een van de BN ‘ers in ons dorp. Marja, ook beeldend kunstenaar wilde hem graag ontmoeten en ik google gauw Zouk. Waar zit dat café ook alweer?  Het Zimbabwe schilderij van Victoria Falls  wat kleurrijk abstract is geworden, de kleuren en de herkenning vind ik een geweldig optimistisch verhaal.  De man die het werk zag melde dat het hem aan een plek in Zimbabwe deed denken. De zon breekt heel even door het grauwe wolkendek. Heel even maar en ik grijns.

 

De verveling slaat toe. Waag ik me toch nog de kou in vandaag? What else to do? Te laat voor London Calling in Concerto waag ik me maar weer eens de Cotton club in. Je weet immers nooit wie speelt. En ja hoor  niet zo'n  superleuke jazz sessie. Gelukkig wel bekenden en we gaan richting deuropening de Nieuwmarkt maar eens bestuderen. Deze ligt er meer dan beroerd bij. Alles rechts van de Waag opgebroken, lelijke schuttingen en dat in combinatie met de grijze lucht en de muziek die niet meezit stemt droevig. Nu gaat het nog regenen ook.

 

Ik staar over het plein op zoek naar lichtpuntjes. Dan ineens een bekend gezicht. “Hee hallo ik ken jou uit het parool”, roep ik de dame in kwestie tegemoet. Ze lacht en dat betekend dat ik er zeker niet naast zit. Ze geeft me een hand en we stellen ons aan elkaar voor. Ja, ze is de dame die graag met Jasper Krabbé wilde babbelen. Voorzichtig vraag ik naar haar dagtekening. Ze tekent elke dag, had ik vanochtend gelezen   en ze heeft vast het boekje mee. Met een lach laat ze de tekeningen zien. In rood en blauw komen snelle schetsen voorbij. Ik ben verheugd. Wij allemaal. Wat leuk is dit. Opnieuw een dun zonnetje door het inmiddels lichtgrijs getinte wolkendek. Het stemt vrolijk en ze gaat binnen wat drinken. Ik denk weer eens in toeval. Toevalligheden op mijn pad. We kletsen wat na en we verlaten het pand ieders eigen weegs.

 

25 mei 2013