4. jan, 2014

Lentekriebels

De deur geeft vlot mee. Alle krukken zijn bezet op één na. Ik zetel me naast Freek en dat brengt mij meteen in mijn element. De muziek is fantastisch vandaag en dat is te danken aan Annemarie. Wat heerlijk en dan zit ik ook nog naast een muzikale vocabulaire. Lachend kijk ik het rijtje af. De mannen op leeftijd zitten vol praat. Ik luister voornamelijk en lees tussendoor het NRC en vervolgens het Parool. Het is maart, de lente begint volgende week, lammetjes in een artikel en rokjesdag is in aantocht. De krant sla ik dicht en ik meld  dat ik naar de Chet Baker bijeenkomst ga in Barbizon op mijn verjaardag. Ik was nog maar een paar uurtjes 22 jaar oud en Chet viel op 59 jarige leeftijd op de een of andere manier  uit het raam van hotel Prins Hendrik. Freek en ik kijken vanaf onze krukken naar buiten. Daar dus aan de overkant. Waarschijnlijk stijf van de shit.

 

Chet klinkt uit de speakers. “My funny Valentine” prachtig swoel gezongen en lief geblazen. Gek om te bedenken dat de tekst en muziek uit 1937 komt en geschreven is voor een musical op Broadway in New York. Nog gekker is dat dit nummer door zeker 600 artiesten is gespeeld zo vanaf de jaren ‘45. Miles Davis, Chaka Khan, Bjórk en ja zelfs Matt Damon zingt dit nummer in de fantastische film “The talented Mr. Ripley” begeleid door the Guy Barker International Quintet. Freek zit nu op de praatkruk. “Dan hou je vast ook van Ben Webster”?  Ik knik. “En van zijn grote vriend en voorbeeld Coleman Hawkins”? Ik knik weer en meld meteen nog even Sonny Rollins ook uit de periode.

 

Freek verteld nu: “Ik ga de Jordaan in om een collega vriendinnetje op te halen. Zit in de hal op een bankje te wachten en ik kijk naar die meneer die daar tussen de grammofoonplaten zit. Hij wordt aangesproken als Uncle Ben. Ik zeg Ben Webster? En ja hoor het is Ben Webster die vraagt met een brede lach op zijn toet : “welk plaatje wil je horen?”. Vele grootheden in de muziekwereld hebben in Amsterdam gewoond laat ik me vertellen. Ik vind het fantastisch om te horen. Dan gaat Freek de kruk en het pand verlaten en ik ga doen waar ik voor kom. Naar boven de vers gekochte sigaar van Hajenius roken. Een Cohiba vandaag.

 

Ik beklim de trap en wordt verwelkomd door golfjes rook van sigaretten. Ik zetel me aan de grote tafel. Geen stamgasten hier. Die roken voor in het halletje met uitzicht op de dijk. Rechts van me 3 Belgen die komisch praten. Recht voor me aan het kleine tafeltje 2 knappe Engelse dames die zo hard roddelen dat de glazen ervan rinkelen. En na een korte aarzeling schuift een Duits/ Nederlands stel aan bij mij. Ja ik geef het toe de sigaar is dik en dat gaat nog even duren. Hij komt uit Keulen. Dat is dan weer toevallig want daar ga ik donderdag naar toe. Ik ga naar “Farbe” De Europese vakbeurs met de Ice en mij wordt verteld dat ik naar de Ehrenstrasse moet.

 

De rookruimte stroomt leeg, zo ook mijn hoofd. Ik zit alleen en kijk zwoele Marilyn voor me  nog maar eens aan. Ik staar wat naar haar pukkel. Dan kijk ik Audrey Tautou rechts boven de trap aan. Ze lacht mysterieus. De sigaar is ten einde en ik ben wel klaar hier. Opgeruimd daal ik weer neder, groet de kersvers aangeschoven vrienden. We kletsen nog wat en ik neem er nog een en die zwoele  mysterieuze lach? Die krijg ik voorlopig niet meer van mijn toet. Mijn rokje hangt nog in de kast. Ik denk: “Zeer binnenkort, zeer binnenkort komt alles goed”.

 

2 maart 2013